May 30th, 2006

Kommer en kwel (deel 3).

Posted by ishku in Uncategorized

Met ferme tred trok hij, nog steeds met Mireille in zijn kielzog, naar een tafeltje met daarop een kartonnen plakkaat dat “˜inschrijvingen’ spelde. “Jean-Marc Spillemans.”, zei hij tegen de meneer die hem boven zijn brilglazen speels aankeek. “Ha, meneer heeft er goesting in, zie’k.” J-M was echter niet in de mood voor een praatje en vroeg kordaat om zijn rugnummer. “Geen probleem, meneer. Alstublief en veel succes.”

Een lapje stof met daarop het nummer “˜13′ werd hem in zijn handen toegestopt en hij bleef er eventjes naar staren. “Gureat.”, zag je hem denken, maar hij sprak het niet uit, want in die tijd was er nog geen Engels in de Nederlandse spreektaal geslopen. Je zag hem twijfelen om een ander nummer aan te vragen, maar de ongeduldige blik op Mireilles gezicht overtuigde hem het daarbij te laten. “Het kan toch nie meer erger word’n, waar?”

Nog voor Mireille kon antwoorden, sprak een luide stem dat alle deelnemers verzocht werden zich klaar te maken om naar het startpunt te trekken. “Veel succes!”, zei ze en nam daarbij zijn bovenarmen vast en zei zo bewonderend mogelijk: “Hamai, dat es ook gene pap, hé!” Jean-Marc sloeg zijn ogen ten hemel, haalde onverschillig zijn schouders op en trok richting start.

Daar stond hij dan, omringd met mannen die niet zweetten, maar wel met hun lievelingszweetbanden hun natuurlijke haarkleur uit hun ogen konden houden. “De schmeirlapp’n!”, gromde hij bij zichzelf en het startschot ging af. In de verte hoorde je Houston juichen dat ze een lift-off hadden en Jean-Marc nam meteen een ferme voorsprong op de anderen. Hij zweefde over de grond, hij vloog als een vlinder en stak als een bij, de rest zo voorbij. Hij hield de voorsprong een volle 3 kilometer vol en was aangenaam verrast toen hij achter zich kijkend het grote gat bemerkte dat hij reeds geslagen had. De warmte viel hem minder lastig dan hij gedacht had, en het nummer 13 bleek zijn ultieme wapen te zijn.

Hij zag zichzelf reeds smalend prijken op de voorpagina van de regionale krant met in zijn ene hand zijn rugnummer, en met zijn andere hand een blafte van een gouden medaille torsend. “Ik geloof niet in bijgeloof. Ik geloof enkel in mezelf!”, zo zou de titel van het artikel klinken. Zijn mond viel in een glimlach en hij stak zijn duim omhoog naar enkele toeschouwers. Hij stond er! “Hier sta ik!”, riep hij en hij balde zijn vuist en begon met zijn arm tegen een denkbeeldig aan het plafond bevestigd boksballetje te slaan. “Oe-oe-oe-oe!”, gromde de oermens in hem en hij liet zijn ogen triomfantelijk over het enigszins verbaasde publiek glijden. “Oe-oe-oe-oe-oe!”, riep hij wat luider in poging de mensen tot hetzelfde geluid aan te zetten. Waar hij faalde bij het publiek, slaagde hij dubbel zo hard bij een zwarte hond die zich van zijn ketting losrukte en aan een ijltempo de achtervolging inzette.

Jean-Marc’s pupillen verwijdden toen hij achter zich keek en een stuk of 42 vlijmscherpe tanden in zijn onderbeen zag verdwijnen. Zijn lichaam zocht en vond een weg naar de grond en Jean-Marc leek geveld terwijl de dolle hond nog steeds wild met zijn kop schuddend J-M’s broekspijp aan het molesteren was. Hij zette zijn vingernagels in de aarde en trachtte zich bij wijze van spectaculaire ontsnapping van de keffer weg te slepen, daarmee cliché-bouwvakkersgewijs zijn bilnaad met alle omstaanders delend. Een felopgemaakte dame van 67 kwam afgesneld, beval de hond los te laten en excuseerde zich ferm gesticulerend. “Sorry ze, meneer, kunde nog lopen?”, vroeg ze bezorgd wanneer ze hem terug rechthielp en stiekem een half oog op zijn derrière wierp. Vooraleer Marc deftig kon antwoorden, zoefden de koplopers van het jagende peloton hem in een flits voorbij, en schakelden ze warempel nog een versnelling hoger toen ze merkten dat hij zonder al te veel problemen terug leek recht te komen. Hij trok vlug zijn broekspijp omhoog om de situatie in te schatten, kwam tot de gelukkige constatatie dat hij enkel materiële schade had opgelopen en zette het alweer op een lopen, ditmaal omhuld door een training die eruitzag alsof hij zopas met De Lijn door Irak gereisd had.

“Ik laat mij nie tegenhouden, tedju. Ik kom’er kik wel, verdomme! Mee of zonder broek!”, riep hij moedig uit. Bij het aanhoren van zoveel moed en bravoure kon het publiek niet anders doen dan Jean-Marc overspoelen met een golf van applaus. Hij nam zijn spreekwoordelijke surfplank in de hand, sprong met open ogen in het diepe eind en dook daarmee terug in de kolkende staart van het peloton. “Volhouden, keirl!”, schalde een stem uit het toeschouwerspubliek, “Binnen 5 kilometer is’t bevoorrading.” “Ja!”, zei Jean-Marc! “Ik kan dit! Nog 5 kilometers! Ik kom er ik wel!”

5 Responses to ' Kommer en kwel (deel 3). '

Subscribe to comments with RSS or TrackBack to ' Kommer en kwel (deel 3). '.

  1. K. said,

    on May 30th, 2006 at 7:07 pm

    “omhuld door een training die eruitzag alsof hij zopas met De Lijn door Irak gereisd had.” :grin:

  2. Liesbet said,

    on May 30th, 2006 at 9:01 pm

    Hij vloog als een vlinder en stak als een bij, de rest zo voorbij.
    Ik hou van je, Kimberly. (l)


  3. on May 31st, 2006 at 7:31 am

    “zijn bilnaad met alle omstaanders delend”,
    om duimen en vingers bij af te likken

  4. Carreet said,

    on May 31st, 2006 at 8:30 am

    Ik vind het spannend. :shock:

  5. wouter said,

    on June 13th, 2006 at 8:38 pm

    het is muggeziften hoor, maar wie loopt er nu in zo’n extreme hitte met een training. :wink:

Leave a reply

:mrgreen: :neutral: :twisted: :shock: :smile: :???: :cool: :evil: :grin: :oops: :razz: :roll: :wink: :cry: :eek: :lol: :mad: :sad: