November 24th, 2007

Ik ben Houdini.

Posted by ishku in Travak

Daar zat ik dan. Met mijn ellebogen rustend op de tafel in de publiekszaal, wachtend op wat eerst komen zou: een klant die op een gesloten deur zou botsen en bij wie ik me bijgevolg grenzeloos belachelijk zou maken, of de bevestiging van het feit dat ik er maar niet in slaag mijn eigen problemen op te lossen, in de vorm van een ter hulp snellende collega. Geen van beiden dienden als mooi vooruitzicht, en slogans als “fence for yourself” en “trekt uwen plan” bewolkten mijn hoofd en maakten tegelijk de zaak heel duidelijk. Nadenken, ishku.

Nadenken over die keer dat ik hartelijk moest lachen toen ze me vertelden over een collega die zich ooit eens buitengesloten had en er niets beters op gevonden had dan de ventilatieroosters boven de loketten af te vijzen om zich vervolgens al klimmend een weg terug naar binnen te werken bijvoorbeeld. AHA! Ik greep instinctief naar de gereedschapsriem die er niet was, en kon enkel vermoeden dat toolbelts en ladders in die periode zeer veel bijval oogstten als populaire accessoires, want waar ik zat was er nergens een tournevis of hamer te bespeuren. Noch ventilatieroosters trouwens, dus “handig gebruik maken van precedenten” was een optie die ik jammer genoeg snel aan de kant schuiven moest.

Al bleef het ‘zich ergens tussen wringen’- idee wel enigszins plakken. Was extreme buigzaamheid niet één van mijn forté’s tijdens mijn lagere schooltijd? Oogstte zij in de turnles van tijd tot tijd geen kreten van ontzag en verbazing bij mijn minder buigbare medestudenten?

“Waarom niet?”, dacht ik dan ook toen mijn blik viel op de ijzeren koker die wij bij de Pooowst al eens plegen te gebruiken om pakjes door te geven en/of in ontvangst te nemen. Ik nam de stoel waar ik voordien hopeloos voor me uit zat te staren en gebruikte die als opstapje naar de blinkende buis om te controleren of ik wel effectief door die opening zou geraken. Het zou namelijk geen zin hebben moest de ruimte wel hoog genoeg zijn, maar de breedte niet over de gewenste afmetingen beschikte, nietwaar? Na de eerste aftastende voet volgde de tweede en voor ik er erg in had, zat ik, hurkend als een echte voetballer, met het topje van mijn neus 3 centimeter van het koele aluminium verwijderd. Het was er voornamelijk donker en ik stelde mezelf de vraag of mijn gat eigenlijk niet te dik was voor die aluminium buis. That was indeed a first.

Behoedzaam stapte ik terug achteruit op mijn stoel en besloot om het nog eens te proberen, maar ditmaal ‘ass first’ aangezien ik met die koker een draai van 180° zou moeten maken en hoegenaamd geen zin had om 10 schellen derrière aan dit avontuur te verliezen. Eens mijn achterste gepositioneerd was, trok ik mijn benen in, stelde me voorzichtig recht om niet midweg te blijven steken, gaf de koker een zwier en hoopte vurig dat ik geen breuk in het tijd-ruimte continuüm zou veroorzaken by doing so.

Echter, nog voor ik de woorden “stem op ishku voor beste persoonlijke blog van het jaar” kon uitbrengen, belandde ik veilig en wel terug aan de andere kant van het kogelvrije glas om slechts 5 minuutjes later de stomgeslagen blik van mijn hevig ademende collega als trofee in ontvangst te nemen en te buigen zoals het een echte Houdini betaamt.

(Nu ben ik wel bang voor dwergen met geweertjes though.)

November 21st, 2007

Ik ben MacGyver.

Posted by ishku in Travak

Ik had jullie reeds verteld dat ik aangeduid was om sinds ’t begin van deze week ’s voormiddags een ander pooowstkantoor in m’n eentje te gaan bemannen, en ik moet zeggen: ik zag dat bijzonder goed zitten. Eindelijk eens een break van het kantoor waar ik de bomen aan de oprit van kaal naar vol naar kaal heb zien evolueren en het geluid van de opengaande deur mijn persoonlijke top 10 van ‘meest bekruipende geluiden’ heeft binnengedrongen. Twee uurtjes ergens gaan zitten waar dagelijks maximum 10 klanten bedankt zeggen en vervolgens de deur achter zich dicht trekken, leende zich dan ook tot de uitgelezen kans om wat leesschade in te halen en op mijn gemak wakker te worden van veel te korte nachten.

-000-3684858-33-

Wat een verpozing moest worden, werd een keiharde reality-check die me erop wees dat avontuur werkelijk achter élke hoek schuilen kan, hoe klein en verlaten die ook moge zijn.

“BAM”, deed de deur die achter mijn derrière dichtsloeg namelijk en ik had een minuutje of twee nodig om te beseffen dat ik mezelf onverbiddelijk hard had buitengesloten. “ ’t Kan iedereen gebeuren, mijn kind, ’t es nie erg, ’t es nie erg!”, bleef de bejaarde vrouw herhalen die haar pensioen per sé in de onthaalsas wou incasseren en bijgevolg de aanleiding gegeven had tot het gebeurde. Om mij ervan te vergewissen dat ik effectief buitengesloten zat, duwde ik nog twee keer tegen een onwrikbare deur. “Right.”, dacht ik. “Dat was dom.” *pauze* “Aan de overkant is een café, daar vraag ik het nummer van mijn kantoor en pols of iemand met de reservesleutels kan langskomen. Reservesleutels die normaliter in een kluis opgeborgen zitten die eerst 15 minuten moet aflopen eer ze kan worden geopend. En dan moet er nog iemand beschikbaar en bereid zijn om 5 kilometer af te leggen om helemaal tot bij mij te geraken.”

Je mag zeggen wat je wil, maar ik kan toch bijzonder goed denken in noodsituaties. Je mag bijvoorbeeld zeggen dat ik dat niét ben, but you would be lying.

Ik storm het cafeetje binnen en 3 tooghangers volgen geanimeerd het gesprek dat zich tussen mij en de bazin afspeelt. Gouden mensen, die cafébazen alginder, mij meteen een telefoonboek én telefoon aanreiken en verder niet al te veel rare vragen stellen, ik kan dat appreciëren. Na ze zowat 8 keer heel hard en gemeend te bedanken, begeef ik me terug naar de publiekszaal waar ik me verplicht zag doodleuk te zitten wachten tot iemand zou opdagen. Geloof me wanneer ik zeg dat het een bijzónder stom zicht is, een bediende, zittend aan de tafel in de publiekszaal met in haar handen een tot de randgevulde stressemmer. Al een geluk dat het kantoor op sterven na dood is, want ik zag het niet bepaald zitten om al gesticulerend via het raam mensen naar huis te sturen met als reden het feit dat ik mezelf buitengesloten had. People talk, gasten. Vooral oude mensen.
Ik speurde wanhopig de omgeving af naar één of ander (liefst geopend) achterdeurtje en vroeg me af of er dan echt niéts was dat ik over het hoofd zou kunnen gezien hebben. “De deur is gesloten, check.”

Er was weinig tot helemaal niets aan te doen, en tóch ben ik zonder gebruik van de juiste sleutels terug in mijn bureaustoel geraakt. A-but how?

Let the speculation begin!

November 14th, 2007

Benefits is such a lonely word.

Posted by ishku in Travak

Eind deze maand zal het officieel 24 jaar geleden zijn dat mijn moeder haar negen maanden durende zwangerschap afsloot met mezelf in de vorm van een baby. Een beetje een zieke baby, maar een baby niettemin. Je zou kunnen denken dat die ziekte onaardige sporen nagelaten heeft, maar niets is minder waar; ik word er 24, maar mensen schatten me een pak jonger. Dat gaat van een enigszins vleiende 22 tot een ronduit beledigende 18, en dat heeft zo zijn voor- en zijn nadelen. Sure, all the old geezers want me, maar jonge vrouwen plegen me al eens als deurmat te gebruiken. Wait! Did I say benefits?

Sluit je ogen terwijl ik jullie met graagte de volgende situatie naschets.

Vanaf volgende week moet ik ’s voormiddags 2 uurtjes een ander pooowstkantoor openhouden, en mijn collega op mijn vaste post in Nebula vond het verstandig om vandaag daarginds al eens op bezoek te gaan, kwestie van enige vragen en onduidelijkheden uit de weg te ruimen. Ik vond dat ook, en rond 10 uur tikte ik voorzichtig op het raam van het nog steeds gesloten gebouw waar ik degene die ik vervangen zal, zag zitten. Ze is aan het telefoneren en het duurt een tijdje eer ze doorheeft dat ik aan het wenken ben omdat ik binnen wil, en niet omdat ik een vriendelijke meid ben die graag in een temperatuur van min 15° met een blij hart de ganse wereld goeiemorgen gaat groeten. Ze knikt van ja en ik sta zowat 3 minuten met mijn hand op de klink te wachten wanneer mijn brein in samenwerking met mijn ego allerlei vragen op me begint af te vuren.

“Shit, moest ik achterom lopen? Zou het arrogant zijn om nog eens te wenken? Allez, ze was aan’t bellen, ze kan nie zomaar de hoorn dichtgooien eigenlijk. En ik wil geen kalle met geen zin voor geduld zijn. Then again, ‘t is maar op een knopje te drukken om mij binnen te laten.”

Ik besluit nog eens op het raam te tikken, en 1 minuut later hoor ik de deur openzoomen.

Wa komde gij hier doen? Moede gij hier komen werken?”

-”Jawel. Mijn collega heeft toch een mail gestuurd dat ik keer ging langskomen?”

“Hebt ge nie gehoord da ik de deur al een minuut geleden opgezoomd had?”

-“Neen.” Vermoedelijk omdat ze dat _niet_ (brutin allowed in deze situatie) gedaan had, maar enfin, ik ben jong, ik ben buigbaar, en zij is ouder en ze weegt gelijk maar een kwartje kilo.

Ze toont me rond, legt alles in sneltempo uit, en af en toe word ik eens aangemoedigd schaapachtig naar klanten te wuiven telkens ze er hen op wijst dat ‘dat meisje nu de nieuwe loketbediende zal worden.’ Ze gaat over tot het tonen van de stock en om de 35 seconden vermeldt ze dat ik nog enveloppes moet bestellen, en roze dinges, en mapjes en uiteindelijk waarschijnlijk ook nog wat geurkaarsen ter opwaardering van de algemene sfeer, ware het niet dat ze haar opsomming bruusk onderbreekt met een argwanende “Ge kunt dat toch allemaal onthouden, zeker?” -“Schrijf het toch maar allemaal neer, dan zijt ge zeker dat alles bezorgd wordt.”, zeg ik verstandig, very unlike my age. “Ah”, zegt ze, “Hier! Pen en papier.” waarop ze me warempel pen & papier in mijn handen stopt terwijl ik eerder op zoek was naar stoffer & blik om mijn bakkes van de grond te vegen.

Tien minuten later vind ik van mezelf dat ik maar een aansteller zou zijn, moest ik voor zo’n bagatel werkelijk langdurig beledigd zijn en ik breek de stilte met de zin:

“Is hier maar 1 alarmknop?”

-”Ik denk dat er in het toilet ook nog één is, ga keer kijken.”

Ik wacht zo’n 3 seconden om de indruk te wekken dat ik nog een mind of my own heb, maar sleep vervolgens toch mijn bakkes mee richting toilet, waar nergens een alarmknop te bespeuren valt. But ofcourse.

Ik meld haar dat ik intussen genoeg weet, trek mijn jas aan en zonder op te kijken, besluit ze nog eens haar volledige desinteresse te benadrukken door af te sluiten met de knaller: “Hoe hete gij nu were? Kim?”

Ah well, at least the old pervs love me, right?

November 8th, 2007

Gewoon.

Posted by ishku in Wayback

Een dag als een ander was het vandaag, mijn haar lag iets minder goed dan normaal, maar daar leert ge vrede mee nemen, en anders niets out of the ordinary te melden. Zoals gewoonlijk kwam ik rond halfzes thuis, en deze keer wist mijn moeder me te vertellen dat iemand waarmee ik zowat 4 jaar in dezelfde klas gezeten heb, onlangs overleden is.

Ik ben niet al huilend op de keukenvloer ineengestort en evenmin heb ik een kwartiertje troosteloos uit het raam zitten staren. Ik heb als een gediplomeerde ramptoeriste mijn foto-album opgediept, haar gezicht nog eens opgezocht en mij voorgesteld dat ze nu gewoonweg niet meer bestaat, en dat terwijl ze zo’n 6 jaar geleden nog gewoon naast ons zat. Ik kan het alleen maar als ‘raar’ bestempelen.

Niet dat we indertijd met een brandend verlangen zaten om malkanders naam op onze bil te laten tatoeëren, bijzonder close waren we niet; ik vond haar een mak lammetje en ze liet zo soms haar mond een beetje openhangen, en dat was genoeg voor een puber om ervoor te zorgen nooit alleen met haar in dezelfde kamer te verzeilen of effectief met haar te praten.

Ik kan niet zeggen dat ik het jammer vind dat ik ze niet beter heb willen leren kennen, eerlijk is eerlijk. Ik voel niet het gemis dat haar omgeving nu waarschijnlijk zal kennen, maar ik vind het wel jammer dat ze nooit de kans zal krijgen om haar leven verder uit te bouwen, zoals het hoort te gaan. Gans uw leven ziek zijn en toch genoeg courage vinden om elke dag naar school te gaan om 8 uren met een willekeurige bende in een klaslokaal te zitten, ge moet eigenlijk courage hebben. Ik denk niet dat ze dat mankeerde.

‘t Is eigenlijk triestig dat uw doodsdatum afhangt van een slechtgekozen lotje en niet van uw levenswil, hé.